stofwisseling in het lichaam

Ingediend door rumble_in_the_jungle op Ma, 17/03/2008 - 17:52.
Kwaliteit+++-- ( Middelmatig - 3 stemmen )

Stofwisseling, ook wel metabolisme genoemd (uit het Grieks: μεταβολισμός "metabolismos" = verandering of omzetting), is het geheel van biochemische processen die plaats vinden in cellen en organismen. Enzymen spelen hierbij een centrale rol.

Functies van de stofwisseling
De stofwisseling heeft onder meer de volgende functies

Het vrijmaken van energie uit opgenomen stoffen
Het gebruik van bouwstoffen en energie als bron voor alle biologische processen
Het verwerken van afvalstoffen
De aanmaak en het gebruik van reserves.

Katabolisme en anabolisme
Metabolisme kan onderverdeeld worden in katabolisme en anabolisme:

katabolisme is de afbraak van stoffen waarbij energie vrij komt, ook wel dissimilatie of verbranding genoemd.
anabolisme is de opbouw van stoffen waarbij energie vastgelegd wordt, ook wel assimilatie genoemd

Belangrijke stofwisselingsprocessen

Koolhydraten worden omgezet in glucose. Dit wordt in de glycolyse afgebroken tot acetyl-CoA. Glucose kan ook in andere suikers worden omgezet
Vetten worden omgezet in vetzuren. Ook vetzuren worden afgebroken tot acetyl-CoA, in een proces dat beta-oxidatie wordt genoemd.
Eiwitten worden in de lever afgebroken tot aminozuren. De aminozuren kunnen vervolgens weer gebruikt worden om nieuwe eiwitten te maken. In de aminozuuroxidatie wordt uit aminozuren onder andere weer acetyl-CoA gevormd. Maar aminozuren kunnen ook worden omgezet worden in allerlei andere stoffen.
Acetyl-CoA doorloopt de citroenzuurcyclus. Daarbij komen energierijke elektronen vrij en wordt koolstofdioxide gevormd als afvalproduct.
De energierijke elektronen uit de citroenzuurcyclus doorlopen de oxidatieve fosforylatie. De energie uit deze elektronen wordt gebruikt voor het genereren van ATP, de belangrijkste energiebron voor de cel.
Vitaminen spelen vaak een rol bij diverse stofwisselingsprocessen.

Metabolieten
Strikt genomen zijn metabolieten de producten van stofwisselingsprocessen. De term metabolieten wordt echter meestal alleen gebruikt voor kleine moleculen, zoals glucose en aminozuren.

Er wordt soms ook een onderscheid gemaakt tussen primair en secundaire metabolieten. Secundaire metabolieten zijn niet noodzakelijk voor het overleven van het organisme, maar dragen wel bij tot zijn overlevingskansen. Zo zijn de aminozuren waaruit eiwitten worden opgebouwd voorbeelden van primaire metabolieten, maar het alkaloïde nicotine daarentegen een secundaire metaboliet in bepaalde planten.

Metabolisme (Grootheid M)
Metabolisme wordt ook als rekenwaarde gebruikt in de klimaattechnologie, om de warmteafgifte van een mens te bepalen is er voor het metabolisme een grootheid in het leven geroepen.

Het Metabolisme varieert met de activiteit van een persoon en wordt uitgedrukt in de eenheid met, waarbij geldt dat 1met = 58,2Watt.

De met is gedefinieerd als de geproduceerde warmte per m2 gemiddeld persoon in rust. De gemiddelde persoon heeft een oppervlakte van 1,8m2. De gemiddelde warmteproductie per persoon ligt dus op 105Watt.